Een lijnmotor heeft, zoals de naam al aangeeft, alle cilinders achter elkaar in één lijn staan. Er is dus sprake van één cilinderrij. Een lijnmotor is daarom relatief hoog en smal. Een V-motor of een boxermotor heeft twee parallelle cilinderrijen met elk evenveel cilinders. Zo heeft een V6-motor twee cilinderrijen van ieder drie cilinders. Deze staan ten opzichte van elkaar onder een bepaalde hoek (blokhoek). Een V-motor is korter en lager, maar ook breder dan een vergelijkbare lijnmotor. Een boxermotor is dan weer lager, maar ook breder dan een vergelijkbare V-motor.