Vroeger deden autofabrikanten aan gewichtsbesparing om het brandstofverbruik te verlagen. Als een auto op gang moet komen, dan kost dit immers meer energie bij een zware auto dan bij een lichte.
Moderne auto's worden steeds zwaarder. Dat heeft heeft te maken met veiligheid en comfort. Auto's zijn uitgerust met bijvoorbeeld airbags, stuurbekrachtiging, airconditioning en gordelspanners. Autofabrikanten proberen daarom het brandstofverbruik te beperken door het ontwikkelen van zuinige, 'gedownsizede' motoren, uitgekiende aërodynamica en (waar mogelijk) het gebruik van lichtere metaalsoorten, zoals aluminium en magnesium.