De ingaande as van de versnellingsbak is via de koppeling verbonden met de krukas van de motor. Daardoor draait de ingaande as met hetzelfde toerental als de krukas. In de versnellingsbak vindt een vertragende overbrenging plaats. Het toerental van de uitgaande as is daardoor lager dan dat van de ingaande as. De ingaande as wordt ook wel 'aandrijvende as' genoemd en de uitgaande as 'aangedreven as'.