Ruitenwissers dienen om vocht en vuil van de ruiten te verwijderen. Zo blijft het zicht goed en kunt u veilig rijden. Iedere auto moet verplicht minimaal één ruitenwisser voor de voorruit hebben. Veel auto's hebben ook een ruitenwisser voor de achterruit. De bedieningshendel voor de ruitenwissers bevindt zich meestal aan de zijkant van de stuurkolom. Met dezelfde hendel kan de wissnelheid worden geregeld.
Een ruitenwisser bestaat uit een ruitenwisserarm plus een ruitenwisserblad. Versleten ruitenwisserbladen moeten worden vervangen. De ruitenwissers maken dan veel geluid of trekken strepen op de ruit. Slijtage kan worden beperkt door te zorgen dat de ruitenwisserbladen en de ruiten schoon zijn, en door de ruitenwissers niet op een droge ruit te gebruiken.
Zet de ruitenwissers bij vorst pas aan als de ruit ijsvrij is. De ruitenwisserbladen kunnen 's winters vastvriezen. Dit kan worden voorkomen door op tijd een stuk karton tussen de ruit en de ruitenwisserbladen te schuiven.
Als u de ruitenwissers aanzet als ze zijn vastgevroren, kan de ruitenwissermotor doorbranden. Ook kunnen de ruitenwisserbladen worden stukgetrokken. Trek de ruitenwisserbladen niet zomaar los. Warm de voorruit eerst op met het verwarmingssysteem en de achterruit met de achterruitverwarming. Probeer dan voorzichtig en beetje bij beetje de ruitenwisserbladen los te 'weken'.